In 2019 zijn de gewijzigde BRL’s 2506 (deel 1 en 2) vastgesteld. De BRL 2506 deel 2 wordt opgenomen in de Regeling bodemkwaliteit die per 1 april 2020 wordt gewijzigd. Het Bestuur van de Stichting Kwaliteitsborging Recyclinggranulaten heeft besloten de beide delen van de BRL gelijktijdig van kracht te laten worden op 1 april 2020. De belangrijkste wijzigingen in de BRL’s 2506 zijn:
- De eisen (DAA) aan de acceptant op locaties (deel 1 en 2) zijn aangepast.
- Een aantal definities is aangepast (deel 1 en 2), waaronder de definitie van steenachtige stoffen die als input voor beide BRL-delen gelden. Daarbij is rekening gehouden met het feit dat de verscheidenheid van steenachtige materialen toeneemt. Niet alle steenachtige materialen zijn geschikt als grondstof voor gecertificeerd recyclinggranulaat.
- De acceptatieprocedure is aangepast, inclusief de asbestzorgvuldigheidsmodule (deel 1 en 2). Wijzigingen hebben onder meer betrekking op de controle op asbest bij acceptatie in verschillende logistieke situaties (vaste, mobiele en locaties van derden).
- In bijlage A (deel 1 en 2) is de bepaling van het gewogen gehalte aan asbest aangepast naar aanleiding van wijziging van de NEN 5896 (wijziging fractie van 16mm naar 20mm).
- Auditfrequenties zijn eenduidiger en gelijkgetrokken tussen deel 1 en deel 2 van de BRL.
- Eerdere interpretaties van het Centraal College van Deskundigen zijn verwerkt in de tekst van de beide BRL-delen.
- In BRL 2506 deel 1 geldt dat in bijlage B nu een overzicht is opgenomen van alle bepalingen, eisen en keuringsfrequenties.
Overgangstermijn BRL’s 2506
De nieuwe BRL's 2506 treden in werking per 1 april 2020. In de BRL’s is opgenomen dat er na inwerkingtreding een overgangstermijn geldt van zes maanden, dus tot 1 oktober 2020. Vanaf 1 oktober 2020 moeten alle certificaathouders voldoen aan de nieuwe BRL’s.